Kabinetsformaties duren in Nederland lang. Wij zijn daaraan gewend. De huidige kabinetsformatie duurt lang en zal langer duren; dat is het probleem niet. De formatie verloopt rommelig en onnodig traag; daar ligt het probleem. Het begon al met de benoeming van reeksen informateurs, verkenners geheten. Het verschil tussen verkenner en informateur is mij nooit duidelijk geweest, ook deze keer niet.

Spelregel in de oude procedure was dat de informateur verslag van zijn/haar werkzaamheden deed aan de Tweede Kamer. De introductie gebeurde aan de hand van een schriftelijk document, geheten eindverslag of gewoon verslag. In deze kabinetsformatie bracht in eerste instantie geen van de informateurs/verkenners schriftelijk verslag uit. Het gevolg was: rommelige debatten, die de demissionaire minister-president deden wankelen. De Kamer voelde haarfijn aan dat deze verantwoordelijkheid draagt voor een goede gang van zaken tijdens de formatie. Met name als de betrokken informateurs hun verantwoordelijkheid op dat terrein niet invullen.

Na de afkoelingsperiode Tjeenk Willink is een nieuwe informateur opgetreden. Zij heeft veel fractievoorzitters gehoord en verslag uitgebracht aan de Kamer van haar bevindingen. Daarover heeft een summier debat plaats gevonden. Vervolgens is de formatie met vakantie gegaan.

Onbegrijpelijk! Het formatieproces dient niet te worden onderbroken. Formeren van een nieuw kabinet is vitaal voor het functioneren van de democratie. Een demissionair kabinet mag geen dag te lang zitten. De verantwoordelijkheid voor de formatie berust bij de Kamer, in de formatiepraktijk vertegenwoordigd door de voorzitter.

De voorzitter heeft uit dien hoofde verantwoordelijkheid voor zorgvuldigheid in procedures. Als de informateur geen verslag van werkzaamheden uitbrengt, heeft de voorzitter dat te bevorderen. Doel daarbij moet zijn dat de Kamer periodiek wordt geïnformeerd over de stand van zaken in de formatie. Alleen zo kan de Kamer verantwoordelijkheid nemen voor het vervolg van de formatie. Het gebeurt niet. Er is stilte. Ja, er is een opzet voor een concept van een mogelijk regeerakkoord. Dat document is hoe dan ook essentieel voor het formatieproces. Dat behoort openbaar te worden gemaakt. Daarover behoort de Kamer te kunnen debatteren in het publiek.

De situatie is nu stilte op alle fronten, de Kamer, de voorzitter, de informateur. De stilte wordt soms doorbroken door een fractievoorzitter. De minister-president, tevens lijsttrekker van de VVD, is ook stil. Als voorzitter van de grootste fractie is dat onbegrijpelijk. De stilte van de demissionaire minister-president is oorverdovend. Hij is de exponent van het demissionaire kabinet dat tot taak heeft al datgene te doen wat in het belang van het Koninkrijk noodzakelijk is. Een onnodig traag en rommelig verlopend formatieproces maakt optreden van de demissionaire minister-president noodzakelijk.

Mijn advies aan hem is: bevorder openbaarmaking van het document ʺopzet voor een mogelijk regeerakkoordʺ en ga als fractievoorzitter van de grootste partij in de Kamer over dit document het gesprek aan met CDA, D66, GroenLinks, PvdA en CU. Afhankelijk van de resultaten daarvan wordt de keuze gemaakt: een kabinet samengesteld uit die partijen of samengesteld uit die partijen voor zover over een meerderheid beschikkend in de Kamer. Is de vorming van een parlementair meerderheidskabinet niet reëel te verwachten, onderzoek dan de mogelijkheid van een minderheidskabinet.

Bevorder de benoeming van een nieuwe informateur en bind deze aan een termijn waarbinnen verslag wordt gedaan aan de Tweede Kamer. En bevorder vooraf zo nodig ook advies van de voorzitter van de Eerste Kamer en de  vicepresident van de Raad van State. En bevorder openbaarmaking van deze adviezen onmiddellijk na het uitbrengen ervan.

 

Mr. R.J. Hoekstra, 29 augustus 2021