De verkiezingen zijn alweer twee maanden achter ons, maar de formatie laat op zich wachten. Na een lange aanloop lijkt er nu schot in te komen. De basis voor een nieuw kabinet moet bestaan uit een dun regeerakkoord op hoofdlijnen. Een van de thema’s zal hierbij ongetwijfeld de klimaatcrisis zijn. Is het verstandig om te wachten tot de formatie voorbij is om hierop door te pakken? In het Klimaatakkoord is afgesproken de CO2-uitstoot in 2030 met 49% te verminderen. Vooralsnog lijken we dit niet te gaan halen.  Vanuit Brussel wordt de druk echter opgevoerd om deze afspraken nog verder aan te scherpen, tot 55%. Hoe denken wij dit te gaan halen? Wat is de strategie en hoe gaat het met het draagvlak?

Volgens het Internationaal Energie Agentschap (IEA) gaat de opkomst van duurzame energie steeds veel sneller dan verwacht. “Het bij voorbaat schermen met grote bedragen, hoge kosten en schijnbaar onhaalbare doelen zorgt ervoor dat de energietransitie als een enorm zware opgave wordt gezien”, aldus Mathijs Bouman in het FD. De business case van wind op zee bevestigt dit beeld. Waar eerst wind op zee als te duur werd gezien, konden de laatste aanbestedingen subsidievrij worden gedaan. Het opslaan van CO2, carbon capture storage (CCS), leek jarenlang een te dure optie, maar is door de hoge prijs voor CO2-uitstoot een betaalbare optie geworden en zal binnenkort ook deel van het instrumentarium worden. De ambities voor waterstof zijn torenhoog. En als het aan de VVD ligt bouwen we er ook nog een kerncentrale bij.

De projecten en plannen zijn er. Maar hoe gaan we deze inzetten om de doelen ook daadwerkelijk te halen? In welke instrumenten zal er geïnvesteerd worden? Dit zijn vragen die bij de formateur op tafel komen. Ed Nijpels, voorzitter van het Klimaatberaad, maande de Kamer deze maand haast te maken en niet te wachten tot een nieuw kabinet aantreedt. Om de doelen te halen moeten er nu al knopen worden doorgehakt en investeringen worden gedaan, omdat er jaren zitten tussen een beslissing en de uiteindelijke realisatie. Daarbij wacht EU-herstelgeld op besteding, en moeten we dat niet onnodig laten liggen. Ook zouden we nu al in betere elektriciteits- en waterstofinfrastructuur moeten investeren. Dit is volgens hem een no regret-aanpak waar eigenlijk tijdens de formatie al toe besloten kan worden.

De Tweede Kamer heeft geluisterd en wil de vaart erin houden. Vorige week werd er een motie aangenomen om de (inter)nationale corona-herstelgelden in te zetten ten behoeve van groen herstel. Specifiek werd hierbij gevraagd “om de aanwijzing van windparken op zee, met inachtneming van de afspraken in het Noordzeeakkoord, te versnellen en dit jaar te borgen dat minimaal 10 gigawatt (GW) wordt aangewezen.” De plannen voor verdere opschaling van wind op zee liggen klaar voor een nieuw kabinet. Hoeveel extra GW zal erbij komen? En waar zullen de windparken komen te liggen? In het ontwerpprogramma Noordzee 2022–2027 zijn alvast 8 zoekgebieden gedefinieerd. De weerstand bij de vissers groeit ondertussen door. Hoe gaat een nieuw kabinet deze versnelling realiseren?

Ook staan er meerdere partijen te trappelen in de coulissen met plannen om van Nederland een waterstofhub en -backbone van Europa te maken. Hier zijn echter grote bedragen mee gemoeid.  Zal dit net zo gaan als met wind op zee en is het een kwestie van vertrouwen? Moet dit vraagstuk wachten op een volgend kabinet of kunnen er nu al knopen worden doorgehakt? Deze week werd minister Van ’t Wout ten gevolge van een burn-out vervangen door een staatssecretaris op de portefeuille klimaat en energie: VVD’er Dilan Yeşilgöz-Zegerius. Krijgt zij het vertrouwen om nu al door te pakken of staat alles on hold tot na de formatie?

Op regionaal niveau heeft het Klimaatakkoord ook de nodige impact. Energieregio’s hebben afgesproken met plannen te komen voor de realisatie van 35 terrawattuur (TWh) aan duurzame energieopwekking op land in 2030, uiteengezet in de zogenaamde Regionale Energie Strategieën (RES). De eerste versies hiervan moeten op 1 juli verankerd worden in instrumenten van de Omgevingswet. Gemeenten hebben hun handen vol aan het opstellen van deze RES’en. Mensen zijn vaak voor duurzame energie, zolang ze zelf maar niet tegen een windmolen aan hoeven te kijken. Met het inzetten van burgerfora en inspraakavonden is gepoogd burgers bij het proces te betrekken. Nu blijken alleen meerdere participatieprocessen op 1 juli nog niet afgerond te zijn. Gaat de nieuwe staatssecretaris hier uitstel voor verlenen? En hoe gaat dit na 1 juli verder? Gaat een volgend kabinet verder met de financiële ondersteuning voor de RES-regio’s of zullen deze hun projectorganisatie moeten afbouwen? Hoe moeten gemeenten het draagvlak voor de voorgestelde RES’en dan waarborgen?

Want draagvlak voor de energietransitie is een belangrijk aspect voor de kans van slagen. 30 procent van de aandeelhouders van Shell willen dat het bedrijf sneller gaat vergroenen, en het IEA heeft net een rapport uitgebracht met de stelling dat er niet meer geïnvesteerd zou moeten worden in de winning van fossiele brandstoffen. Met deze nieuwsberichten zou je bijna geloven dat iedereen voor de energietransitie is, maar dat is niet het geval. Na de laatste verkiezingen zijn er meerdere partijen op rechts bij gekomen die alle klimaatwensen maar onzin vinden. Waar voorheen alleen Alexander Kops (PVV) in klimaatdebatten sprak over de ‘windmolenwaanzin’, wordt dat geluid nu geëchood door Forum voor Democratie, JA21 en Groep-Van Haga. Hun scepsis werd verder gevoed door een proefschrift van Daan Hulshof aan de Rijksuniversiteit Groningen waarin stond dat investeerders in duurzame energie veel winst konden maken door subsidies. Hierover zijn inmiddels Kamervragen gesteld.

Nu de plannen voor de RES’en steeds meer vorm krijgen zwelt de kritiek aan. Burgers spreken zich uit tegen de plannen en vragen om aanpassingen.  In maart 2022 zijn er gemeenteraadsverkiezingen. Worden de opstellers van de RES’en dan afgestraft? En zal ook op lokaal niveau het klimaatsceptische geluid gaan groeien?

De energietransitie is een enorme kluif. Grote stappen zijn gezet, maar om de doelen te halen moet het tempo omhoog. De formatietafel ligt vol met rapporten en plannen. Wie gaat er meeregeren en wat wordt de inzet? Dit is een van de momenten waar het bij public affairs op aankomt. Menig brief met een heldere lobbyboodschap is inmiddels aangekomen bij de informateur. Maar daar blijft het niet bij. In deze periode worden contacten aangehaald met politieke partijen, en niet alleen degenen die aan tafel zitten. Nieuwe Kamerleden worden overstelpt met kennismakingsverzoeken. Ondertussen worden op lokaal niveau de eerste verkiezingsprogramma’s geschreven, waar nog ruimte is voor input. Dat er op energiegebied de komende jaren veel staat te gebeuren lijkt onvermijdelijk. Alleen over de te volgen route wordt nog volop gesteggeld, en zodoende van alle kanten invloed uitgeoefend.

 

Sonja Volten, 31 mei 2021