Schrijftrainingen voor beleidsmedewerkers

Wie zijn taal beheerst, heeft een Zwitsers zakmes om zijn doelen te bereiken. Woorden kunnen iets duidelijk maken, maar ze kunnen ook overtuigen, enthousiasmeren, tegenstellingen overbruggen of verhullen. Lenigheid met taal in dienst van het doel – daarom draait het in de schrijftrainingen van Lars Kuipers, associé van Schinkelshoek & Verhoog.

Lars Kuipers © 2017
Foto: Nils van Houts

Het liefst geeft Lars trainingen aan kleine groepen van maximaal zes deelnemers uit dezelfde organisatie. “Veel meer dan in grote groepen heb je zo ruimte om deelnemers individueel te coachen en collega’s commentaar te laten leveren op elkaars werk. Ik geloof erin dat je op die manier niet alleen investeert in schrijfvaardigheid, maar ook in de samenwerking binnen een team.”

Belangrijk bij schrijftrainingen is dat deelnemers direct de relevantie ervaren voor hun eigen werk. Daarom geeft Lars nauwelijks standaardtrainingen. Bijna altijd maakt hij in overleg met de opdrachtgever een training op maat, waarin een deel van de oefenstof is toegesneden op het eigen werk en de eigen omgeving. “Soms, als een deelnemer met een acute vraag van de werkgever zit die in het programma past, gooi ik een training gewoon om. Dat is altijd goed, want maximaal relevant.”

Belangrijk in de schrijftraining zijn onderwerpen als zinsbouw, structuur en doelgericht taalgebruik dat is toegesneden op de ontvanger. Lars, die zijn carrière begon als journalist: “Met een verhaal wil je een bepaald effect bereiken. Als je om welke reden dan ook de plank misslaat, is dat zonde van je tijd. Met één verkeerd gekozen woord kan dat al het geval zijn. En als ik in ruim dertig jaar iets heb geleerd, dan is het wel het belang van structuur. In een zin, maar ook in een persbericht, een beleidsstuk of een whitepaper, heeft elk woord zijn plaats. Een verhaal is net een huisje: als de deur in het dak zit, klopt het huisje niet.”

Naast schrijftrainingen voor beleidsmedewerkers geeft Lars ook trainingen pers- en nieuwsberichten schrijven. “Bij een goed bericht draait alles om urgentie. Als de ontvanger binnen twee zinnen niet het gevoel heeft dat hij hier iets mee moet, is de rest verspilde moeite.” Gelukkig, weet Lars, heb je voor het maken van een goed bericht maar een overzichtelijk setje regels nodig. “Iedereen met een beetje taalgevoel kun je in een dagdeel een stuk verder brengen. Ik ziet dat bij de trainingen die ik geef aan juristen. Die kijken op een heel andere manier naar taal en boodschap, maar na een paar uur heeft bijna iedereen het kunstje door.”

Belangrijk voor Lars is dat de deelnemers plezier hebben in de training. “Als je iets leuk vindt, ben je ontvankelijker. Neurologisch onderzoek toont overtuigend aan dat er verband bestaat tussen plezier hebben en leren. Dus als het even kan, moet er ook worden gelachen.”