Allereerst de titel van het regeerakkoord: “Omzien naar elkaar en vooruitkijken naar de toekomst”. Het eerste woord lijkt wel op de achternaam van ene Pieter voor wie naar een functie elders werd uitgekeken. Toeval of grap? Die Remkes heeft wel humor… Dan ‘vooruitkijken naar de toekomst’: kun je ook achteruitkijken naar de toekomst of  vooruitkijken naar het verleden? Sommige grote meesters noemden hun werk: “zonder titel”. Dat was misschien beter geweest.

Bij de presentatie van het regeerakkoord leverde informateur Remkes forse kritiek op de hele gang van zaken tijdens deze informatie. Hij noemde de informatie “buitensporig lang” en riep op tot “politieke oefening en zelfreflectie”. Een waar woord. Waarom kunnen de Duitsers in een paar weken een ingewikkelde coalitie in elkaar knutselen en doen wij daar negen maanden over? Sommigen pleiten ervoor het staatshoofd weer een rol te geven. Ik geloof hier niet in. In 1972 duurde het ook meer dan een half jaar voordat het kabinet den Uyl tot stand kwam. Ook de formatie van 1977 duurde langer dan een half jaar. De verandering van 2012 waarbij de Tweede Kamer de informateur aanwees heeft er niet toe geleid dat er in het proces daarna veel veranderde.

Waar staan we nu en welke stappen moeten we nu zetten om het proces te verbeteren? Zelf heb ik aan verschillende kanten van de tafel formaties meegemaakt; als parlementair redacteur bij het NOS Journaal (1970–1985) en als RVD-directeur (1990–2000). Op basis van al die ervaringen ben ik tot de conclusie gekomen dat we de zaken heel anders moeten aanpakken.

We moeten de (in)formaties eenvoudiger maken. En we moeten ze korter maken.

De dag na de Tweede Kamerverkiezingen kiest de nieuwe Kamer haar voorzitter. Deze voorzitter praat met elke fractievoorzitter over welke coalitie zijn of haar voorkeur heeft en inventariseert vervolgens welke coalitie kan rekenen op een meerderheid in de beide Kamers. Als de voorzitter dat heeft vastgesteld doet hij of zij het voorstel dat de fractievoorzitter van de grootste partij van die mogelijke coalitie de formateur wordt. Dus geen informateurs en helemaal geen “verkenners”. Deze formateur hoeft dus niet per se de winnaar van de verkiezingen of de voorzitter van de grootste fractie te zijn. Partijen kunnen immers andere partijen uitsluiten.

Dan gaat deze formateur aan de slag. Als die tevens bewindspersoon is wordt hij/zij in die hoedanigheid vervangen door een collega – daarvoor bestaat al een zogenoemde ‘vervangingsregeling’ – om ervoor te zorgen dat hij al zijn tijd aan de formatie kan wijden. Om snelheid in het proces te brengen komen er verschillende onderhandelingstafels. Een hoofdtafel van de fractieleiders van de beoogde coalitie. Zij stellen de onderwerpen vast die moeten worden opgenomen in het nieuwe regeerakkoord. Hiervoor krijgen zij een week de tijd. Per onderwerp komen er dan “zijtafels” waar de fractiespecialisten van de beoogde coalitie onderhandelen en een concept voor het regeerakkoord schrijven. Hiervoor krijgen zij drie weken de tijd. Dat moet toch voldoende zijn.

Daarna beoordelen de fractieleiders onder leiding van de formateur de resultaten van de zijtafels. Aan de hoofdtafel hebben de fractieleiders inmiddels gesproken over het algemene regeringsbeleid – thema’s als bestuurlijke en culturele vernieuwing en de verdeling van de  posten in het nieuwe kabinet. Het concept-regeerakkoord wordt vervolgens direct openbaar. Vervolgens moeten de beoogde coalitiepartijen het concept goedkeuren waarna een plenair debat volgt. Daarna gaat de formateur aan de slag met de beoogd bewindspersonen. Binnen twee maanden moet er dan toch een nieuw kabinet op de trappen kunnen staan.

Mijn dringende advies is wel om dit proces in alle openheid te voeren. Deze laatste informatie is weer eens een slecht voorbeeld – gekenmerkt door liegen, lekken, roddelen en spinnen. Er was geen enkele eenheid in de communicatie. Alle media rapporteerden verschillend uit hun “lekken”. Ik ben niet van ‘vroeger was alles beter’, maar een keer per dag een briefing van de woordvoerder van de informateur en tussendoor een persconferentie van de  informateur was toch wel het minste geweest. Nu werd de informatie omgeven door geheimzinnigheid: fractieleiders die krampachtig het zinnetje herhaalden dat zij door hun voorlichters kregen aangereikt, namelijk dat zij niets te vertellen hadden. Tja, hoe komt het dan toch dat het vertrouwen in de politiek zo achteruit holt?

Wees toch open, ontspannen en transparant! Vertel waar je mee bezig bent zonder dat je daarmee je onderhandelingspositie ondermijnt. Vertrouwen in de politiek begint en eindigt met communicatie, maar dan wel in de goede zin van het woord: open en eerlijk. Het lijkt mij de basis van de nieuwe bestuurscultuur.

 

Jaap van der Ploeg, december 2021