Sociale media en rechters – groter kan de tegenstelling haast niet. Het onversneden onderbuikgevoel versus de weloverwogen beslissing. Niet gek dus dat de rechterlijke macht er zo vaak van langs krijgt op Facebook en Twitter. Onlangs trof ik in mijn Facebook-tijdlijn een nieuwsbericht aan over de veroordeling van de man die een Groningse restauranthouder doodstak na een ruzie. De reactie die eronder stond – niet van een vriend, ik zeg het er maar even bij – was fris van de lever. ‘De man die Pim Fortuyn doodschoot moest achttien jaar zitten en deze drie mannen, die duidelijk veel slechter zijn, komen er zo af. Dat toont maar weer aan hoe crimineel onze rechters zijn.’

Lars Kuipers © 2017
Foto: Nils van Houts

Meestal houd ik me ver van dialogen tussen doven op het internet, maar nu moest het even. ‘Zoek maar eens op: het verschil tussen moord en doodslag’, typte ik. Ik voegde er nog net niet ‘Dat is leerzaam’ aan toe. De kans dat zo’n man het werkelijk opzoekt is dan wel zo groot.

Wat bedoelde de respondent eigenlijk? Dat is nog niet zo eenvoudig op te maken uit een enkel zinnetje, maar de achttien jaar voor Volkert van der G. was duidelijk veel te hoog; die had blijkbaar een goede daad verricht. Die rechters, die waren dus niet zozeer crimineel, maar wel hartstikke rechts.

Dat is opvallend. De vooroordelen tegen Nederlandse rechters zitten diep ingebakken, maar meestal andersom. Ze worden juist te links gevonden, of, tegenwoordig nog erger want elitair, D66. Zie bijvoorbeeld de reacties op Twitter toen recent bekend werd dat ex-profvoetballer Bryan Roy zich moet verantwoorden voor de rechter omdat hij Mark Rutte een nekschot toewenste. ‘Hoeveel zijn er al opgepakt na bedreigingen van Geert Wilders?’, twitterde ene @Onrecht2. ‘Ik ben bang dat het nul is.’

Zou het werkelijk? Toch maar even checken. ‘Straf bedreiging Wilders’, typte ik in, en gelukkig stelde Google niet teleur. Eerste resultaten: celstraf bedreiging Wilders, taakstraf bedreiging Wilders. Verder keek ik niet. ‘Google maar eens op “straf bedreiging Wilders”‘, twitterde ik @Onrecht2. Dit keer kon ik me niet inhouden. ‘Het is niet moeilijk!’ Onzin moet je niet serieus nemen, die moet je ontzenuwen, overal en altijd.

Voor mijn werk kom ik nogal eens in een rechtszaal terecht en mijn observatie is dat je veel goede strafrechters hebt en een enkele minder goede, maar dat Nederland de handen mag dichtknijpen met een rechterlijke macht als de onze. De vraag waar het op aankomt, is niet ‘is de straf hoog genoeg’, maar ‘is de straf passend’. Dat een rechter daarbij af en toe aanschurkt tegen de grens, is verteerbaar. Toen stoere politici een streep zetten door het opleggen van enkel een taakstraf bij gewelds- en zedenmisdrijven, gingen bepaalde rechters gevangenisstraffen opleggen die precies even lang waren als de duur dat de verdachte in voorarrest had gezeten. Dat deden ze niet omdat ze geen bemoeienis van de politiek duldden, maar omdat ze dat passend vonden, en de enkele keer dat ik het voor mijn ogen zag gebeuren vond ik dat ook.

Zo hoort het: politiek en rechtspraak, onafhankelijk van elkaar. En als ze een beetje een hekel aan elkaar hebben, is dat een goed teken.

In zijn Binnenhoflezing van 7 juli waarschuwde professor Jouke de Vries voor de andere kant van de medaille: het lijkt een trend dat rechters wordt gevraagd te oordelen in zaken die op het bordje van de politiek horen. Zo moet het ook weer niet, daar heeft hij gelijk in. De macht aan de rechter, dat moet je niet willen, dat is de omgekeerde wereld. Als politici en rechters écht de schurft aan elkaar krijgen, dan is dat zonde en slecht voor de natie.

 

Lars Kuipers, 16 augustus 2021